Het politieke landschap rondom de agrarische sector

‘Ik zou mensen willen inspireren om een keer nader naar de agrarische sector te kijken en zichzelf de vraag te stellen, wat kan ik voor de sector betekenen? En wat kan de sector voor Nederland betekenen? Wat heeft de sector al betekend voor Nederland? Als we een bredere groep mensen kunnen aanspreken dan komen we al een heel stuk verder samen, vertelt Bram gepassioneerd.’

BRAM ZONDERLAND, PUBLIC AFFAIRS ADVISEUR BIJ LTO NOORD

LTO Noord wil de leden inspireren om mee te gaan in de veranderingen naar de toekomst. ‘De agrarische sector is prima in staat om zich aan te passen. Het is voor LTO Noord van belang dat we de toekomst aantrekkelijk maken zodat we daar samen naar toe kunnen bewegen. Dit houdt in dat we na moeten denken over stevige verdienmodellen en meer stabiliteit.’

Als public affairs adviseur is Bram Zonderland veel in gesprek met verschillende ministeries in Den Haag. Hij is adviseur op het gebied van politieke, bestuurlijke en maatschappelijke zaken binnen LTO Noord. ‘Ik werkte voorheen bij LTO Nederland en daar richtte we ons op de ministeries in Den Haag en de landelijke politiek. Bij LTO Noord werk ik samen met onze beleidsadviseurs om vooral de focus te leggen en gesprekken aan te gaan met negen Nederlandse provincies (alles behalve Zeeland, Brabant en Limburg)’

Stabiele sterk en een toekomstbestendige sector

‘De agrarische sector groeit en veranderd omdat er ook een groeiende vraag is naar voedselzekerheid en voedselveiligheid. Ik denk dat we kunnen werken naar een toekomstbestendige sector. De stabiliteit en de sterkte ervan moet gewaarborgd blijven want we hebben een mooie positie in de wereld als het gaat om ervaring en kennis. We staan echt ergens voor in de wereld als Nederland zijnde. Ook met de geschiedenis die er mee verworven is. ‘

Helemaal in mijn element

Bram was werkzaam in Schotland toen het Brexit referendum vorm kreeg. Bram besloot terug naar Nederland te gaan om te gaan studeren. Hij pakte de studie ‘Europese studies’ op, een variant op bestuurskunde gericht op de Europese Unie. Gericht op hoe de EU in elkaar zit als we kijken naar wetgeving, beleidsmatige aanpak, cultuur en structuurverschillen binnen de EU-landen.

‘Ik had mij nooit voor mogelijk gehouden dat ik zou gaan werken in de agrarische sector. Mijn ouders zijn melkveehouders en ik heb het altijd heel fijn gevonden om op te groeien op een boerenbedrijf maar ik had niet gedacht dat mijn toekomst daar zou liggen.

2019 was het jaar dat in Nederland de raad van state zijn stikstofuitspraak deed en veel boeren in het gedrang kwamen. Bram was woonachtig in Seoul, de hoofdstad van Zuid-Korea en volgde de Nederlandse actualiteit. Hij kreeg bericht vanuit het thuisfront dat het best impact zou hebben op het familiebedrijf in Friesland. ‘Ik bekeek de interviews en begreep wat die mensen doormaakten en voelden. Je komt zelf van een bedrijf af en je weet wat een bedrijf kan betekenen voor iemand. Mijn vader is ook iemand die er met volledige passie in staat. Toen is er een knop bij mij omgegaan. Het zou zonde zijn als we zo’n mooie sector in Nederland verliezen.’ Bram realiseerde zich dat het een politiek proces was en had daar door de jaren heen ervaring in opgebouwd. Ik kwam in contact met stichting Team Agro. Team Agro. Dit is een stichting die zich richt op agrarische PR (promotie) en boeren en burgers probeert te verbinden met elkaar.’

Via Team Agro ontmoette ik akkerbouwers, glastuinbouwers, etc. en besefte mij hoe bijzonder de agrarische sector is. Mijn wens was om af te studeren in het buitenland bij een Nederlandse ambassade maar toen kwam het coronajaar en ging alles op slot. De deuren gingen dicht en ik moest schakelen. Ik kwam voor mijn afstudeerstage terecht bij LTO Nederland op de afdeling public affairs en communicatie in Den Haag en ik was helemaal in mijn element en dacht, dit is het! Dit is het werk wat ik wil doen.

LTO, van landelijk naar provinciaal

In Den Haag is LTO Nederland gericht op nationaal en internationaal beleid. Je hebt te maken met eigenlijk alles wat er in het parlement wordt bekokstoofd. ‘Ik dacht, daar speelt het en hier zit je dicht op de bal en daar kan je het verschil maken. Uiteindelijk kwam de sleutel om Nederland van het slot te halen als het gaat om de stikstofcrisis bij de provincies te liggen. Er kwam een soortgelijke positie vrij bij LTO Noord waarbij ik mij veel meer zou gaan richten op de provincies dus deze kans greep ik.

‘Ik moest grip krijgen op negen provincies, wie werkt waar? Welke collega’s moeten waar aansluiten? Dat was een behoorlijke uitdaging. We behartigen de belangen van 22.000 leden met 160 collega’s samen. Er zijn een aantal thema’s waar we ons op focussen. Denk hierbij aan biodiversiteit, duurzame energie, bodem en water, jonge boeren, mentale gesteldheid van ondernemers etc. We doen ontzettend veel en daar moest ik eerst grip op krijgen. 90 lokale afdelingen, 800 bestuurders, 17 vakgroepen voor alle onderwerpen, denk hierbij aan akkerbouw, glastuinbouw, melkveehouders etc.’

De toekomst

‘Ik wil mensen inspireren om de agrarische sector een kans te geven. Ik had niet gedacht dat ik in deze sector zou gaan werken als iemand die bestuurskundig is opgeleid. Werkzoekende denken misschien bij de agrarische sector al snel aan de boerderij en mensen die daar veel kennis van hebben of in Wageningen gestudeerd hebben en dat er een heel specifiek profiel voor nodig is. Er is zoveel moois waar we mee te maken hebben, zoveel kansen voor de toekomst. Als we nu kijken naar alle politieke ontwikkelingen en alle uitdagingen waar we mee te maken hebben dan is de agrarische sector vaak de oplossing. Het gaat om ruimte, infrastructuur, natuur, biodiversiteit, water en in al die discussies komt de sector weer terug. Het geeft aan hoe belangrijk de sector is.

Ik zou mensen willen inspireren om een keer nader naar de sector te kijken en zichzelf de vraag te stellen; wat kan ik voor de sector betekenen? En wat kan de sector voor Nederland betekenen? Wat heeft het al betekend voor Nederland? Als we een bredere groep mensen kunnen aanspreken dan komen we al een heel stuk verder samen.’